Ego, Schaduw, Zelf volgens Jung

Bram Moerland

Carl Jung was degeen die het begrip 'schaduw' in de psychologie introduceerde. Hij gaf daaraan een geheel eigen betekenis: het verborgen ware zelf. Dat ware zelf kleeft aan je zoals je schaduw in de stralen van de zon. Als je in het zonlicht staat kun je hoog of laag springen, tegen je schaduw schoppen en wat al niet, maar je raakt die schaduw niet kwijt. Dat geldt precies zo voor je ware zelf. Want je ware zelf, dat ben je, en dat blijft bij je, hoe verborgen ook en hoe je ook je best doet het te verstoppen.

De betekenis die Jung gaf aan het begrip schaduw was voor zijn tijd uiterst vernieuwend. Het was een nieuw inzcht over de mens als deel van een samenleving, namelijk over hoe je jezelf kwijt kunt raken, hoe je verleid kunt worden jouw unieke eigenheid op te offeren aan de sociale gemeenschap en hoe je je ware zelf kunt hervinden.
Maar, ondanks deze prachtige en inzichtelijke betekenis die Jung gaf aan het begrip schaduw duikt helaas met grote hardnekkigheid steeds weer de uitleg op dat Jung met de schaduw onze slechte kant zou bedoelen - alsof we in wezen slecht of zondig zouden zijn en we dat zouden moeten aanvaarden. Maar dat is het tegendeel van de betekenis die Jung aan 'de schaduw' gaf. Dat is het dus niet. Het is niet onze slechte, zondige kant.
Met die negatieve duiding is het jungiaanse begrip schaduw helaas binnengehaald in de traditioneel christelijke overtuiging dat de mens een zondig wezen zou zijn en dat je dat zou moeten accepteren. Want zo wordt het helaas vaak uitgelegd. Die misplaatste uitleg waart nog steeds rond, ook onder mensen die het christendom al lang verlaten hebben. De betekenis die Jung aan het begrip schaduw gaf staat geheel los van daarvan; het is er zelfs het tegendeel van, en bedoeld om de mens te verlossen van deze negatieve zelfbeelden.
Wat is het dan wel? Het heeft alles te maken met de relatie tussen ego en zelf. Maar het werkelijk verrijkende inzicht van Jung is besloten in 'de confrontatie met je schaduw'. Hoe zit dat?

Sociale identiteit, ego en zelf

We leven niet alleen op de wereld. We delen de wereld met onze medemensen. En reeds als jong kind wordt ons geleerd ons aan te passen aan onze sociale omgeving. We leren bijvoorbeeld de taal spreken van onze ouders, rekenen en schrijven, en ook de heersende opvattingen over goed en kwaad, wie belangrijk is en wie niet, en nog veel meer.
Op zich is er niets tegen dat we kennis en vaardigheden overnemen van onze sociale omgeving en dat we ons als een sociaal wezen daaraan leren aanpassen. Het is een noodzakelijke vaardigheid om zinvol deel te kunnen nemen aan de samenleving.
Dat aanpassen gaat gepaard met een bepaald mechanisme, namelijk het vormen van onze sociale identiteit: wie we zijn als onderdeel van de samenleving waarin we opgroeien. Die sociale identiteit noemen we hier het ego.
Daarbij kan echter een probleem ontstaan. Onze sociale identiteit valt niet altijd samen met wie we werkelijk zijn. Het is een beeld dat we van onszelf leren maken.
Als je dat beeld voor je ware identiteit houdt, als je gelooft dat je dat beeld bent, als je daar dus 'ik' tegen zegt, dan kan dat afgescheidenheid veroorzaken van het ware zelf. Dan vormen ego en zelf geen natuurlijke eenheid, maar zijn ze van elkaar afgescheiden.

Onwetend van je ware zelf

We willen als kind meestal graag zijn zoals onze omgeving dat van ons verlangt. En dat houdt het gevaar in dat we voor een kleiner of groter deel niet durven zijn zoals onze natuurlijke aanleg is als de verwachtingen geen ruimte bieden aan je ware zelf. We kunnen dan van een deel van ons zelf gaan ontkennen dat het bestaat. We vergeten dat deel van ons zelf gewoon. En zo kun je terechtkomen in een staat van niet-weten van je ware zelf. Je ware zelf raakt verborgen achter een masker, het masker van je sociale identiteit, Je ego wordt dan een ondoordringbaar masker waarachter je ware zelf verborgen is.

Schaduw = dat deel wat we ontkennen

En nu komen we bij het begrip schaduw zoals Jung dat bedoelde. Wat is de schaduw volgens Jung? Dat is het deel van je ware zelf dat je hebt leren ontkennen en dat je niet toelaat in je bewustzijn. Daar raak je dan onwetetend van. Maar dat ontkende deel van je ware zelf gaat nooit verloren. Het is een deel van jezelf dat er altijd zal zijn, ook al leidt het een verborgen bestaan. Het kleeft aan je zoals een schaduw in het zonlicht. Het blijft altijd bij je, ook al ben je je daar niet van bewust.
En hoe gaat het dan verder?
In elk mens schuilt een verlangen om met je ware zelf aanwezig te zijn in de wereld. Het ware zelf wil erkend en gekend worden. Dat is een natuurlijk verlangen, een gezonde uiting van je levenswil. En als je dat jezelf niet toestaat, dan heeft dat gevolgen, ingrijpende gevolgen soms zelfs.

Wat je onderdrukt wordt demonisch

Alles wat je onderdrukt, daar kun je op rekenen, duikt vroeg of laat in je leven weer op. En meestal in een of andere demonische vorm. Met ‘demonisch’ bedoelt Jung dat het je aangepaste leven waaraan je zo gehecht was op een catastrofale wijze kan doorkruisen. Als je in zo'n situatie terecht bent gekomen, dan is het niet de duivel die je heeft verleid, maar je schaduw, het onderdrukte deel van je zelf, dat aandacht opeist, en daarom op een welhaast geheime manier verstorend optreedt in je ‘normale’ leven. 
We kunnen nu een eerste wet van het ego en het zelf volgens Jung formuleren:
Wat je onderdrukt wordt demonisch.

De Schaduw maakt je bang voor jezelf

Alles wat je onderdrukt kan in een heel nare vorm tevoorschijn komen. Het kan toeslaan op een manier die je in verbijstering over jezelf achterlaat. Dat kan je bang maken voor jezelf. Met als gevolg dat je nog krampachtiger zult proberen je ware zelf te onderdrukken. Sommige mensen slagen daar zo goed in dat ze een ‘model-mens’ worden, en ze kunnen daar veel sociaal aanzien mee verwerven.
Maar bij iemand die zo perfect is, zit er dikwijls een addertje onder het gras. Denk maar aan de celibataire priesters die telkens weer op het slechte pad terechtkomen, tot verbijstering niet alleen van de omstanders, maar zeker ook van zichzelf. Dat begint met de onderdrukking van natuurlijke, menselijke driften. En dat geldt ook voor elk ander aspect van je ware zelf.

Je sociale identiteit is deel van Systeem

Je sociale identiteit, je ego, staat niet op zichzelf. Het is een onderdeel van de cultuur, van de structuur van de samenleving waartoe je behoort. Die structuur van de samenleving noemen we hier het systeem.
En het lijkt nu soms wel alsof dat sociale systeem een eigen leven leidt, als een soort bovenpersoonlijk gegeven, dat ons niet alleen dwingt ons op een bepaalde manier te gedragen, maar ons ook dwingend onze sociale identiteit oplegt, en ons ook allerlei daarbij passende emoties laat beleven.
Het systeem waar we deel van zijn kan zelfs van je verlangen dat je je ware zelf moet wantrouwen en ontkennen. De collectieve zelfontkenning kan zelfs een structureel onderdeel worden van een systeem.
Heel merkwaardig is dat die verplichte zelfontkenning zelfs een bestanddeel kan zijn van een spirituele traditie. Je kunt bijvoorbeeld vernemen dat je als mens zondig bent, onbekwaam bent tot enig goed en geneigd tot alle kwaad. Als deelnemer aan zo'n traditie kan van je worden verlangd dat je erkent dat je niet deugt en dat je in wezen slecht bent. Dat collectief verplichte negatieve zelfbeeld schermt je af van je ware zelf.

Samenvatting begrippen

We hebben nu een aantal begrippen gehanteerd. Laten we die nog eens op een rijtje zetten:
Zelf = je ware aard, dat wat je van nature bent.
Systeem = een stelsel van opvattingen die de leden van een groep of cultuur met elkaar delen, meestal zonder zich daarvan bewust te zijn, en meestal nauw verbonden met een collectief mensbeeld.
Ego = je zelfbeeld, je sociale identiteit, als onderdeel van een systeem.
Schaduw = dat deel van je zelf dat je ontkent, waarvan je doet alsof het er niet is, maar dat altijd om erkenning zal blijven vragen.

Moeten we ons ego kwijt?

Moeten we ons ego kwijt, zoals in allerlei (westerse en oosterse) spirituele stromingen van ons wordt verlangd? Nee dat moeten we niet.
Met ons ego zijn we in de wereld, nemen we deel aan de wereld. Het is de vorm die we aannemen, een rol die we spelen, in allerlei verschillende relaties met onze medemensen, en waarmee we zin en inhoud geven aan ons leven. Daar is helemaal niets mis mee.

Is het ego slecht?

Nog eens helder samengevat: de mens is niet slecht, en het ego is ook niet slecht. Die opvattingen over de slechtheid van de mens en de slechtheid van het ego behoren tot de sociale onderdrukkingsmechanismen van het ware zelf.
Wat er kan misgaan is dat je ego afgescheiden raakt van je ware zelf. Die afgescheidenheid van ego en zelf kan je diep ongelukkig maken. Maar dat kan ook worden hersteld.

Open relatie tussen ego en zelf

Maar wat doen we dan met het ego? Waar het Jung om gaat is dat er een open relatie kan bestaan tussen je ego en je zelf, zodat die niet van elkaar afgescheiden zijn.
En als ego en zelf van elkaar afgescheiden zijn, kun je leren die afgescheidenheid tussen ego en zelf op te heffen. Dat heet heelwording, je heelt de afgescheidenheid door ego en zelf weer met elkaar te verbinden in een open relatie.

Het ego als expressie van het ware zelf

In een open relatie tussen ego en zelf is het ego vloeibaar, kneedbaar. Je kunt er dan speels en vrij mee omgaan in je persoonlijke relaties. Bedenk dat de werkelijk grote toneelspelers altijd in hun toneelrol herkenbaar zijn. Het zijn grote persoonlijkheden, en juist daarom kunnen ze een perfecte toneelspeler zijn. Met hun persoonlijkheid geven ze de glans van het leven aan hun rol, welke die rol ook is.
Zo is ook elk schilderij van Rembrandt meteen te herkennen als een Rembrandt, en elk schilderij van Van Gogh als een Van Gogh, hoe verschillende de voorstellingen op de schilderijen ook zijn.
Zo zou ook de relatie kunnen zijn tussen het ego en zelf. Het zelf is de diepe laag in je persoonlijkheid die bepaalt in wat je in wezen bent. Je ego is de rol die je afhankelijk van de omstandighedenen in je relaties speelt, en waar je ook mee speelt. Dan is je ego een expressie van je ware zelf.
Moet je je ego dus kwijt, zoals in veel spirituele tradities zou worden beweerd? Nou nee. Waar het Jung om gaat is dat je leert je ego op een creatieve wijze vorm te geven, vanuit een natuurlijke verbinding met het ware zelf.

Het ontwaken van het zelf

Confrontatie met de schaduw

Voor heelwording, voor het herstel van de open, creatieve relatie tussen ego en zelf, is nodig: de confrontatie met de schaduw.
Daarover bestaat een zeer veel voorkomend misverstand.
Dat misverstand luidt dat de confrontatie met je schaduw zou betekenen dat je zouden moeten accepteren dat je verstopte ‘slechte’ of ‘duistere’ kanten hebt. Je zou in het reine moeten komen met je ‘slechtheid’ door die ten eerste te erkennen en ten tweede te aanvaarden.
Maar dat is absoluut niet Jungs bedoeling met de confrontatie met de schaduw.
Hoe ontstond ook weer de schaduw? Door delen van ons zelf weg te stoppen. Hoe doen we dat? Door ze ‘slecht’ te leren noemen en ze te leren wantrouwen. We leren bepaalde delen van ons zelf negatief te etiketteren, en zo ontstaat de schijnbaar gerechtvaardige verdringing van die delen van ons zelf. We zijn dus niet slecht, we leren bepaalde aspecten van ons zelf als slecht te ervaren.
Voor die negatief geëtiketteerde delen van je ware zelf kun je je diep schamen. Ook die schaamte is een deel van het sociale onderdrukkingsmechanisme waarin je terecht kunt komen. Je leert je voor je ware zelf te schamen of je schuldig te voelen. Dat gevoel van schaamte of schuld is het geïnternaliseerde onderdrukkingsmechanisme.
Wil je die verstopte delen van jezelf terug halen, om weer ‘heel’ te worden, dan kun je niet langs die schaamte heen. Als je dat aangaat kun je ontdekken dat er achter die negatieve etiketten heel mooie eigenschappen van jezelf schuil gaan.
We moeten dus de confrontatie aangaan met die negatieve etiketten. Dat is dikwijls een pijnlijke zaak, vol schaamte. Maar de uitkomst is niet dat we aanvaarden dat we ‘slecht’ zijn. Als we bereid de onze negatieve etiketten onder ogen te zienen daarmee de confrontatie aan te gaan dan is de uitkomst altijd (hier staat dus inderdaad: altijd!) dat er een bijna magische transformatie plaatsvindt. Je vermeende slechte kant zal blijken juist een heel mooie, waarachtige kant van jouw eigen diepste wezen te zijn.

Dit is een pagina van de website www.brammoerland.com

Je kunt deze pagia hier downloaden als pdf-document.